Vivianne: “Mijn man Bram en ik kochten ruim twee jaar geleden een oude arbeiderswoning uit 1920. Het is één van de twaalf huizen aan de rand van waar vroeger de Koldewijn papierfabriek stond, aan Kanaal Zuid in Apeldoorn. De huizen hebben lang op de slooplijst gestaan. Toch zijn ze blijven staan. Toen we het kochten, bestond het huis alleen maar uit stenen muren, houten vloeren en een houten dak. Er was dus vrijwel niks aan gedaan. Voor ons was dat een voordeel, want daarmee hadden we alle ruimte om het huis helemaal naar onze zin te maken. We kregen meteen ideeën voor een andere indeling.
Wooncomfort
Het slopen doen we met beleid. Alle materialen een tweede leven geven, daar gaan we voor. Daarna komt de volgende stap: het isoleren van vloer, dak en muren. Daarbij kijken we niet alleen naar isolatiewaarden, maar ook naar wat we belangrijk vinden in ons wooncomfort. Isoleren doen we niet alleen om de warmte binnen te houden, maar we willen ook in de zomer een koel huis en het vocht beter kunnen regelen. Dat was de basis voor het kiezen van het materiaal.
Knuffelbare isolatie
Dat materiaal werd houtvezel en schapenwol. Vivianne: “Dat was wel wat duurder, maar doordat we op andere plekken hergebruikt materiaal inzetten, hielden we geld over. Houtvezelwol is net zo duur als glas- of steenwol. En we kregen subsidie, dat hielp ook. Bijkomend voordeel is dat schapenwol heel knuffelbaar is. Je hoeft bij het klussen geen mondkapjes en beschermende kleding te dragen. Dat maakt klussen ook een stuk leuker!
Geen airco nodig door lemen muren
De muren hebben we afgewerkt met leem. Dat kan je heel goed zelf aanbrengen. Foutjes kun je goed herstellen, door het weer nat te maken. En het is fijn materiaal, om mee te klussen en om in te wonen. De vochtregulatie in huis is veel beter. We hebben een veel minder droge huid. En we hebben in de zomer geen airco nodig.